Stichting Militaire Lourdes Bedevaart Top fotoTop fotoTop foto Insigne 2023

Widgetized Area

This panel is active and ready for you to add some widgets via the WP Admin

Onderweg naar de bron

“Je hoeft het niet te geloven”

Aan de vooravond van mijn trip naar Lourdes om daar een fotoverslag te maken van de jaarlijkse samenkomst van duizenden militairen van over de hele wereld, vraag ik mij af wat 6 miljoen mensen per jaar drijft om naar een grot in een stadje aan de voet van de Pyreneeën te gaan en wat het is dat 10.000 militairen sinds meer dan 50 jaar een weekend in mei in Lourdes doet samenkomen. Geloven zij allemaal in de verschijningen? Komen zij allemaal om een genezing? Het is de getuigenis van een kind dat deze mensen doet samenstromen. Als we door de ‘pelgrims-gekte’ van de honderden bezoekers en de bijverschijnselen van tientallen souvenirwinkeltjes met hun kitsch heenkijken en inzoomen op dat kind komt een verrassend eenvoudig verhaal naar voren.

foto uit boek

In 1858 ziet een doodarm en ongeletterd meisje van 14 jaar, een witte verschijning in een grot. In eerste instantie noemt zij de verschijning ‘Dat’ , in het dialect dat zij spreekt: ‘Aquero’. De mensen om haar heen maken er al snel ‘de heilige maagd’ van, maar zelf spreekt zij er zo niet over. Uit de gedocumenteerde ondervragingen door de plaatselijke commissaris van politie, de procureur en meneer pastoor, komt een beeld naar voren van een nuchter kind dat zelf niet weet wat haar is overkomen, maar wat overtuigd is van wat zij gezien heeft. “Je hoeft het niet te geloven,” geeft zij eenvoudig ten antwoord als haar visioenen door deze norse magistraten in twijfel worden getrokken. Zij voelt zich onweerstaanbaar tot de witte verschijning aangetrokken, en gaat ondanks het verbod van haar ouders en de overheidsdienaren, die alle ophef en onrust willen vermijden, naar de grot om daar de rozenkrans te bidden. De eerste paar verschijningen, in februari 1858, ondergaat zij met slechts enkele anderen, al is en blijft zij de enige die iets zal zien en horen. Later, als de verschijning haar vraagt om gedurende 15 dagen iedere dag naar de grot te komen, zullen steeds meer mensen haar vergezellen. Van zo’n 100 in het begin, tot zo’n 8000 aan het eind. Al zien en horen zij zelf niets, zij zijn onder de indruk van de veranderingen die zich voordoen op het gezicht van Bernadette. Daar gaat zo’n bekoring en schoonheid vanuit, en het kan er ook zo smartelijk uitzien dat men gelooft dat het gelaat van de verschijning erop weerspiegeld wordt. Op een dag vraagt de verschijning Bernadette door de grot heen te kruipen, onkruid te eten en van een modderig watertje te drinken. “Voor de zondaars” zal zij later verklaren. Het troebele watertje is na deze gebeurtenis tot een heldere bron geworden. Aan het eind van de 15 dagen heeft de verschijning de opdracht tot het bouwen van een kapel gegeven, en haar naam genoemd: De onbevlekte ontvangenis. Maria zonder zonden ontvangen; een dogma dat de katholieke kerk vier jaar daarvoor had afgekondigd. Nadien heeft Bernadette Soubirous nooit meer de verschijning gezien. Toen zij later intrad in het klooster, bezocht zij, in tranen , voor het laatst de grot, waar zij haar momenten van intens geluk en innerlijke vrede beleefd had. Want haar jaren in het klooster zullen hard zijn en weinig van die momenten kennen. Zij sterft op 35 jarige leeftijd. Haar missie is geslaagd: de kapel bij de grot staat er, en doet van over de hele wereld mensen samenstromen en bidden, op grond van haar getuigenis. Dat hoeven we niet te geloven, dat is inmiddels een feit.